Hotel Portofino – J.P. O’Connell

Italië 1926. Hotel Portofino van de Britse eigenaresse Bella Ainsworth is een hotel dat voornamelijk Britse welgestelde gasten ontvangt. Het is altijd een droom van Bella geweest om een hotel in Italië te openen, als kind was Bella al gefascineerd door Italië. Voor Bella bestond Italië voor waarheid, schoonheid en goedheid in tegenstelling tot het vochtige, mistige Londen. Bovenal was het voor Bella een nieuw begin om in Portofino een hotel te openen, een manier om de oorlog en de vreselijke dingen die haar gezin in de oorlog zijn overkomen te doen vergeten.

Als snel ontstaan de eerste problemen, er is een gebrek aan personeel en aan geld en sommige gasten zijn wel heel erg veeleisend. Daarnaast is het fascisme in Italië in opkomst en is Bella het doelwit van de grillen van de politicus Danioni. In de tussentijd werkt Bella’s echtgenoot Cecil haar eerder tegen dan dat hij met haar meedenkt of werkt met al zijn eigen snode plannetjes. Bella’s zoon Lucian en dochter Alice hebben zo hun eigen strubbelingen. Lucian wordt uitgehuwelijkt aan een meisje waarvan hij niet weet of hij genoeg liefde en verdieping voelt om die verbintenis aan te gaan. Hij zit nog met lichamelijke en psychische naweeën van de gebeurtenissen tijdens de oorlog en wil het liefst een kunstenaarsleven leiden dit tot grote afschuw van zijn vader. Alice is een verbitterde, rechtlijnige oorlogsweduwe en de moeder van Lottie waarvoor kindermeisje/dienstmeisje Constance (duobaan om kosten te besparen) onlangs is aangenomen. Alles bij elkaar genoeg voer voor een interessante roman.

Het verhaal komt helaas wat traag op gang, in het begin maak je als lezer kennis met heel veel verschillende personages en allerhande intriges, dit in combinatie met de lange hoofdstukken zorgt ervoor dat je wat moeizaam door het verhaal heen gaat. De setting en het tijdsbeeld daarentegen zijn mooi uitgewerkt en geven je het gevoel je in het vroegere Italië te bevinden.

Op twee-derde van het boek komt er van alles samen en krijgt het verhaal een Agatha Christie achtige sfeer. Vanaf dan leest het verhaal als een trein en is het een genot om de gebeurtenissen te volgen tot een heerlijk plot.

Aangezien er heel veel verschillende personages ten tonele verschijnen is het ondoenlijk om deze allemaal goed tot zijn/haar recht te laten komen. Toch waren sommige personages voor mij interessant genoeg om zeker aan het einde van het verhaal meer uitgediept te zien. Ik had van een aantal personages nog graag gelezen hoe het verder ging na het plot.

Ik mocht dit boek lenen van een klant die regelmatig in de delicatessenwinkel komt waar ik werk. Heel leuk om op deze manier een boek te kunnen lezen. Grappig detail is dat het boek ‘Bowies Boekenkast’ al heel lang op mijn verlanglijstje staat en dat ik er na het lezen van Hotel Portofino achter kwam dat dit boek van dezelfde auteur is als ‘Bowies Boekenkast’.

Veel bekeken



Geplaatst op

in

, ,

door